Als je borsten gaan hangen … de borstlift

De tand des tijds heeft invloed op gebouwen, op onze auto, op de natuur, maar zeker ook op ons lichaam. Door een combinatie van de zwaartekracht en de veranderde samenstelling van onze borsten, gaan die vroeg of laat hangen. Met een borstlift kunnen wij je borsten gelukkig liften en verstevigen.

Waarom gaan borsten vroeg of laat hangen?

Hoe goed je je borstspieren ook traint, deze oefeningen hebben sowieso geen zin meer om het hangen van je borsten te voorkomen. Dat komt zo: een borst bestaat uit klierweefsel, vetweefsel en huid. Als je jong bent heb je meestal meer klierweefsel. Naarmate je ouder wordt, verdwijnt het klierweefsel geleidelijk na zwangerschappen en de overgang. In verhouding blijft er meer vetweefsel over, en dat kan je – in tegenstelling tot spierweefsel – niet oefenen. Daarnaast verliest de huid haar elasticiteit.

Het gevolg is dat de zwaartekracht haar werk doet en de borst gaat hangen. De enige manier om dat natuurlijke proces tegen te gaan, is een borstlift. Daarbij wordt de borst enerzijds gelift en anderzijds verstevigd.

Wanneer kiezen voor een borstlift?

Ben je (nog) tevreden over je cupmaat, maar vind je dat je borsten te veel hangen? Dan is een borstlift (of mastopexie) een goede optie. Met name als je tepel ter hoogte of lager dan je borstplooi is gezakt kom je daarvoor in aanmerking.

Vind je niet alleen dat je borsten te veel hangen, maar wil je ook graag een grotere cupmaat? Dan combineren we de borstlift met een prothese. Dat kan in één en dezelfde ingreep of achteraf.

Als alternatief voor de siliconenprothese kan je ook kiezen voor lipofilling. Daarbij wordt eigen vet dat weggehaald wordt uit je buik in de borsten ingebracht. De voorspelbaarheid van deze vergroting is wel minder groot dan bij een prothese. Lees ook onze blog over lipofilling.

Hoe gaat een borstlift in zijn werk?

Bij een borstlift brengen we de tepel naar omhoog, nemen we de overtollige huid weg en herschikken we het klierweefsel zodat een zo mooi mogelijke borst ontstaat.

Het litteken dat deze ingreep nalaat, is afhankelijk van de omvang van de borstlift. Bij een beperkte borstlift volstaat een donut-pexie of periareolaire pexie. Deze ingreep kan onder lokale verdoving en leidt enkel tot een cirkelvormig litteken aan de rand van het tepelhof. Bij een volledige borstlift onder volledige narcose – wanneer de borsten meer hangen – moeten we de tepel naar omhoog brengen en meer huid weghalen. Dit zorgt voor een verticaal litteken onder de tepelhof. Als er heel erg veel huid te veel is kan een horizontaal litteken in de plooi nodig zijn met een zogenaamd ankerlitteken of inverted-T-litteken.

Benieuwd of een borstlift voor jou een ideale ingreep is? Kom dan zeker eens vrijblijvend op consult bij Duinbergen Clinic.